Het paardeninfluenzavirus veroorzaakt een infectie van de bovenste ademhalingswegen en de longen bij gevoelige dieren van alle leeftijden (voornamelijk jonge en oude paarden).

Verspreiding
De virusverspreiding onder paarden gebeurt vooral via direct contact. Om die reden zijn plaatsen waar paarden samenkomen, een belangrijke infectiebron.

Symptonen
Typische symptomen zijn:

• De hoge koorts,
• Suf / verminderde prestaties,
• Weinig eetlust,
• Waterige neusvloei
• Een droge hoest.

Als de bacteriën bij de infectie betrokken zijn, wordt de neusvloei dikker (slijm + etter) en hoor je meer een 'rochelende' hoest.
Bij normaal verloop duurt de ziekteduur 2 tot 10 dagen. In het geval van bacteriële complicaties kan het de ziekte langer aanhouden.

Behandeling
Een koortsremmer in combinatie met antibiotica gedurende enkele dagen is aan te raden. Daarnaast is rust in een luchtige omgeving (weide) erg belangrijk.

Preventie
Vaccinatie beschermt paarden tegenover de ziekte, maar niet tegenover infectie. Dit zorgt ervoor dat gevaccineerde dieren nog altijd een infectiebron kunnen zijn voor gevoelige paarden. Je zult dus alle paarden op dezelfde tijd moeten vaccineren.
De basisvaccinatie bestaat uit twee injecties met 3 tot 12 weken tussentijd. Daarna is een jaarlijkse hervaccinatie voldoende. Bij internationale sportpaarden is een 6-maandelijkse hervaccinatie verplicht. Voor alle dieren treedt bescherming pas op na 2 weken basisvaccinatie!